Zomerrapport 2017: Sauber
Sutton Images
Daan de Geus
7 augustus 2017
De zomerstop is begonnen, tijd om de tussenrapporten op te maken na de eerste seizoenshelft. In dit eerste deel: het kleine Sauber, de nummer 10 in het constructeurskampioenschap, dat van de zomer nog het nodige huiswerk te doen heeft.
Sauber is de laatste jaren van het braafste jongetje van de klas in een notoire zittenblijver veranderd. In 2014 en 2016 ging het zelfs puntloos de zomerstop in. Dit jaar neemt het vijf punten mee op vakantie, maar met het vooruitzicht dat méér – zoals het terugpakken van de negende plek van McLaren – niet eenvoudig wordt.
de nieuwe teambaas Frédéric Vasseur, die het stokje heeft overgenomen van Monisha Kaltenborn, de taak als een schoolmeester orde op zaken te stellen. Met een mix van discipline en inspiratie moet hij het personeel motiveren en boven zichzelf uit helpen stijgen, want daar moet een team als Sauber, met beperkt budget, het van hebben.
Stilstand
Volgens Vasseur zorgt eigenaar Longbow Finance er voor dat “het budget bij de ambities past”. En eerlijk is eerlijk, er is geïnvesteerd, met de komst van ontwerper Luca Furbatto en performance-chef Ian Wright, nadat er in 2016 ook al technisch personeel werd aangetrokken. Het opzeggen van de door Kaltenborn bemiddelde Honda-deal en tekenen van een nieuw Ferrari-contract onderstreept de ambitie van Vasseur en Longbow, maar dat is pas voor volgend seizoen. 2017 kan ondertussen niet anders dan als een teleurstelling worden gezien voor Sauber, nadat voor aanvang nog zo nadrukkelijk werd geroepen dat het geen overgangsjaar zou zijn, met de oude 2016-specificatie Ferrari-motor. Sauber koos bewust voor die motor om zich op het chassis te kunnen concentreren, maar dat is niet best en wordt er niet beter op. Updates die het in Monaco bracht, werkten niet tot nauwelijks. Verdere upgrades in Hongarije betekenden eerder stilstand dan vooruitgang. Kwamen er in de eerst vijf kwalificaties nog geregeld Saubers door Q1, de laatste keer dat dit als uitschieter lukte, was in Azerbeidzjan. Spek en bonen
Sauber lijkt de rest van het seizoen veroordeeld tot meedoen om spek en bonen. Dit ook omdat Manor failliet is, zodat de tiende plek (waar Sauber ook vorig jaar op eindigde) gegarandeerd is, net als de zo belangrijke betalingen die daarbij horen. Natuurlijk zijn uitschieters, ook in de races, ondertussen niet uitgesloten. Zoals de knappe achtste plek van Pascal Wehrlein in Barcelona, door een uitstekende strategie en verrassende pace aldaar. Wehrlein was ook degene die in alle chaos in Azerbeidzjan Saubers vijfde punt van het jaar scoorde, met een tiende plek. Wehrlein vocht daar hard om met teamgenoot Marcus Ericsson, inclusief een klein conflict vanwege teamorders. De Duitser en Zweed hebben wel vaker overhoop gelegen, al is Wehrlein vooralsnog – ondanks het missen van de eerste twee races – de sterkere gebleken. In de kwalificatie staat het 7 – 2 voor Wehrlein, maar het verschil is vaak kleiner dan hem lief zal zijn. Wehrlein moet zich immers blijven bewijzen, nu de nieuwe motordeal wel eens voor de komst van een pupil van de Scuderia kan zorgen. Met Ericsson zekerder van zijn zitje door de band van zijn financiers met Longbow Finance, vecht Wehrlein voor zijn toekomst, terwijl Sauber de bouwstenen voor de eigen toekomst legt. Al het werk achter de schermen is daar immers voor bedoeld. Zo is er inmiddels toch maar één woord voor Saubers 2017: tussenjaar.
Aan
Volgens Vasseur zorgt eigenaar Longbow Finance er voor dat “het budget bij de ambities past”. En eerlijk is eerlijk, er is geïnvesteerd, met de komst van ontwerper Luca Furbatto en performance-chef Ian Wright, nadat er in 2016 ook al technisch personeel werd aangetrokken. Het opzeggen van de door Kaltenborn bemiddelde Honda-deal en tekenen van een nieuw Ferrari-contract onderstreept de ambitie van Vasseur en Longbow, maar dat is pas voor volgend seizoen. 2017 kan ondertussen niet anders dan als een teleurstelling worden gezien voor Sauber, nadat voor aanvang nog zo nadrukkelijk werd geroepen dat het geen overgangsjaar zou zijn, met de oude 2016-specificatie Ferrari-motor. Sauber koos bewust voor die motor om zich op het chassis te kunnen concentreren, maar dat is niet best en wordt er niet beter op. Updates die het in Monaco bracht, werkten niet tot nauwelijks. Verdere upgrades in Hongarije betekenden eerder stilstand dan vooruitgang. Kwamen er in de eerst vijf kwalificaties nog geregeld Saubers door Q1, de laatste keer dat dit als uitschieter lukte, was in Azerbeidzjan. Spek en bonen
Sauber lijkt de rest van het seizoen veroordeeld tot meedoen om spek en bonen. Dit ook omdat Manor failliet is, zodat de tiende plek (waar Sauber ook vorig jaar op eindigde) gegarandeerd is, net als de zo belangrijke betalingen die daarbij horen. Natuurlijk zijn uitschieters, ook in de races, ondertussen niet uitgesloten. Zoals de knappe achtste plek van Pascal Wehrlein in Barcelona, door een uitstekende strategie en verrassende pace aldaar. Wehrlein was ook degene die in alle chaos in Azerbeidzjan Saubers vijfde punt van het jaar scoorde, met een tiende plek. Wehrlein vocht daar hard om met teamgenoot Marcus Ericsson, inclusief een klein conflict vanwege teamorders. De Duitser en Zweed hebben wel vaker overhoop gelegen, al is Wehrlein vooralsnog – ondanks het missen van de eerste twee races – de sterkere gebleken. In de kwalificatie staat het 7 – 2 voor Wehrlein, maar het verschil is vaak kleiner dan hem lief zal zijn. Wehrlein moet zich immers blijven bewijzen, nu de nieuwe motordeal wel eens voor de komst van een pupil van de Scuderia kan zorgen. Met Ericsson zekerder van zijn zitje door de band van zijn financiers met Longbow Finance, vecht Wehrlein voor zijn toekomst, terwijl Sauber de bouwstenen voor de eigen toekomst legt. Al het werk achter de schermen is daar immers voor bedoeld. Zo is er inmiddels toch maar één woord voor Saubers 2017: tussenjaar.