“Ferrari kan zonder de Formule 1 leven, maar de Formule 1 niet zonder Ferrari.” Dat is de duidelijke waarschuwing van oud-Formule 1-topman Bernie Ecclestone aan het adres van de huidige topman Chase Carey en eigenaar Liberty Media.

Ecclestone is sinds de officiële overname van de Formule 1, begin 2017, weggepromoveerd naar een soort functie als erevoorzitter van de sport. “Het is zo’n hoge positie, dat ik niet eens meer kan zien wat er gebeurt”, schamperde Ecclestone al eens.

Onder het nieuwe bewind, met behalve ceo Carey ook sportief directeur Ross Brown en chef commerciële zaken Sean Bratches aan het hoofd, lijkt de Formule 1 echter op ramkoers te liggen met Ferrari. De plannen die Liberty Media heeft, zinnen het Italiaanse traditieteam namelijk niet.

Ferrari-topman Sergio Marchionne heeft al gedreigd het illustere team uit de sport terug te trekken. Een dreigement dat serieus genomen moet worden, zo stelde Marchionne zelf al eens, en zo waarschuwt Ecclestone nu eveneens. “Als de ingeslagen weg Marchionne niet bevalt, kan hij zomaar stoppen”, vertelt Ecclestone aan Auto, Motor und Sport.

Ecclestone en Marchionne.

Van de vorige Ferrari-preses Luca di Montezemolo hoefde dergelijke dreigementen “niet zo serieus genomen te worden”, stelt Ecclestone. “Want autosport was zijn leven.” Voor Marchionne geldt dat echter niet, zegt Ecclestone. “Hij is alleen in business geïnteresseerd.” Ecclestone is verder bang dat Ferrari prima zonder de Formule 1 kan leven. “Maar omgekeerd is dat niet zo.”

De 87-jarige Brit en ex-ringmeester van het Formule 1-circus vertelt Auto, Motor und Sport verder nog dat hij niet denkt nog naar races te gaan, al was hij er in 2017 wél een paar keer bij en heeft hij alle andere Grands Prix op tv gekeken. “Een stuk meer relaxed als je er niet meer bij betrokken bent.”

Ondanks dat Ecclestone aanvankelijk had gehoopt gedurende een ‘overgangsperiode’ van enkele jaren een belangrijk rol in de sport te blijven vervullen, zegt hij niet om te kijken in wrok nu hij feitelijk buitenspel is gezet. “In tegendeel. Ik ben trots op de Formule 1 – hoe groot de sport geworden is – en wil dat het er goed mee gaat.”