Vincent Sondermeijer
29 april 2015
McLaren onderging afgelopen jaar een grondige herstructurering. Daar plukt de Britse renstal naar eigen zeggen nu de vruchten van.
Het belangrijkste dat de nieuwe manier van werken heeft opgeleverd is volgens teambaas Eric Boullier een veel gestroomlijnder updateproces. “Vorig jaar werkte vijftig procent van de updates die we op de auto zetten niet helemaal lekker. Nu is dat nog maar tien procent”, vertelt de Fransman op de McLaren-website.
Die toegenomen effectiviteit is volgens engineering director Matt Morris vooral te danken aan de na de herstructurering verbeterde werksfeer binnen het team. “Vroeger had iedereen het gevoel simpelweg opdrachten uit te voeren”, zegt Morris. “Nu voelt iedereen zich veel meer onderdeel van het proces. Ze zijn er trots op dat een stukje van de auto echt van hen is.”
Daar is Boullier het mee eens: “De mentaliteit is inderdaad compleet veranderd. We zitten veel meer op één lijn; we geven geen bevelen meer, maar vragen de mensen om iets te doen. Daardoor is iedereen nu veel gemotiveerder.”
Het is een aangename verbetering voor McLaren, waar ze de smaak van champagne al zo goed als vergeten zijn. Op de tweede en derde plaatsen van Kevin Magnussen en Jenson Button in Australië vorig jaar na, behaalde de formatie uit Woking sinds november 2012 geen enkele podiumplaats meer.
Doorontwikkelen tot Abu Dhabi
Vandaar dat niet alleen de samenwerking binnen de organisatie op de schop ging, ook de nieuwe auto een geheel fris ontwerp kreeg. “Het team was de afgelopen seizoenen qua aerodynamica een beetje van het pad geraakt”, legt hoofdengineer Peter Prodromou uit. “De grenzen van het oude concept waren bereikt. Daarom zijn we in nieuwe weg in geslagen, die bepalend is voor onze toekomst.”
Prodromou doelt daarbij op het zogenaamde size zero-concept, dat ervoor zorgt dat de MP4-30 onder de motorkap bijzonder compact in elkaar zit, wat weer een aerodynamisch voordeel moet opleveren.
Nu de ontwikkeling van de auto lekker loopt, is McLaren van plan de bolide nog wel even te blijven verbeteren. “De auto van volgend jaar wordt een evolutie van de huidige”, aldus Prodromou. “Daarom moeten we hem tot de laatste race blijven updaten.”
Morris valt hem bij. “De regels veranderen volgend jaar amper, en we wisselen niet van motorleverancier. We zetten de ontwikkeling dus door, want heel veel dingen die we nu op de baan leren, komen als vanzelf van pas voor de auto van volgend seizoen.”