Robin Frijns noemde de pole bij de tweede voorstelling van de Berlijnse ePrix ‘de meest onverwachte ooit’. Het leverde de Limburgse Formule E-coureur geen dagzege op, die ging naar Nick Cassidy, wel een stimulans die hij en zijn team ABT CUPRA in een teleurstellend seizoen wel kunnen gebruiken.
Ruim duizend gasten zijn er dit weekend door CUPRA wereldwijd ingevlogen voor de onthulling van het nieuwste elektrische topmodel, de Tavascan. Het gros daarvan zag Robin Frijns namens het Spaanse automerk na maandenlange achterhoedegevechten precies op tijd stralen. Vanaf de vrije training ’s ochtends bleek de Limburger razendsnel op de kletsnatte, massieve betonblokken van de voormalige Berlijnse luchthaven Tempelhof, met 1,3 kilometer het langste gebouw ter wereld.
Op weg naar de beste startplek, de tweede uit zijn Formule E-loopbaan, rekende Frijns vanaf de kwartfinales eerst af met Mitch Evans (zaterdag winnaar in Berlijn) en Sébastien Buemi (polesitter op zaterdag), alvorens hij teamgenoot Nico Müller met een ruime marge in het finaleduel terugwees. Het zorgde voor emotionele taferelen in de garage van ABT CUPRA, Frijns’ werkgever, dat de eerste kwalificatiesessie in de regen met de nieuwe Gen3-auto volledig domineerde.
Het een-tweetje zorgde voor de nodige verbazing, niet in het laatst bij Frijns zelf. Hij worstelt het hele seizoen al met een non-competitieve auto, liep daarnaast bij het eerste nummer in Mexico-Stad na een crash een zware polsblessure op die hem maanden aan de kant hield. “Dit is de meest onverwachte pole die ik ooit heb behaald”, bekende de Limburger, voor wie elk WK-punt dit seizoen, beweerde hij een etmaal eerder, een bonus zou zijn.
Ondanks zijn meesterwerkje in de regen koesterde Frijns vooraf geen illusies voor de overwinning. Op een droge ondergrond komt zijn auto nogal wat snelheid tekort ten opzichte van de rest van het veld, zoals in Berlijn andermaal duidelijk werd. “Ik hoop dat ik me voorin kan settelen en punten kan gaan scoren.”
Na een uitgestelde start, drie klimaatdemonstranten blokkeerden de weg, verloor Frijns zoals hij al vermoedde snel de leiding en werd daardoor veroordeeld tot een volgende achterhoedegevecht. Hij finishte als zeventiende. Collega Müller deed het beter: hij scoorde met P9 CUPRA’s eerste twee WK-punten. Pascal Wehrlein (Porsche) behield de leiding in het kampioenschap.