Max Verstappen, Oscar Piastri en Lando Norris hebben, zo ontdekken ze bij de persconferentie na de kwalificatie in Imola, in de pitstraat dezelfde luidruchtige Italiaanse fan in het vizier gehad. Zijn ongepaste gedrag levert hem een middelvinger van de wereldkampioen op. “Toen ik weer langs hem reed, klapte hij.”
Lando Norris zegt hij treffend in de persconferentie: schrijf Red Bull en zeker Max Verstappen na een mislukte openingsdag nooit af. Een etmaal na de beroerde start van de GP Emilia-Romagna ziet de wereld van de wereldkampioen er heel anders en vooral zonnig uit. Hoewel de marges miniem zijn, verovert hij toch pole position. Zijn achtste op rij, een evenaring van Ayrton Senna’s record uit 1989.
Toch had Verstappen vooraf weinig hoop op de 39e pole uit zijn loopbaan. “Het voelde ook ’s ochtends nog steeds niet goed, we bleven maar aan de auto werken.” Een plaats in de top-5 zou volgens hem, zo schatte hij in, al een hele prestatie zijn geweest. Maar op het moment dat het er toe deed, bewees Verstappen dat hij dat beetje extra in huis heeft om het verschil te maken. “De auto voelde in de kwalificatie veel beter, ik kon de bochten aanvallen. In de laatste poging ga je dan voluit, riskeer je alles.”
Het leverde hem een beschaafd applaus op van de Italiaanse fans, die hun Ferrari-favorieten buiten de top-3 zagen finishen. Verstappen kan, bekent hij, van het enthousiasme van de tifosi genieten. “In de pitstraat klapten veel mensen, ook voor mij. Maar er was ook een fan die hele rare dingen deed. Die heb ik de middelvinger gegeven”, bekent hij met een glimlach. “En het grappige was: toen ik de volgende keer weer voorbij kwam, klapte hij… Kennelijk leerde hij snel.” Norris: “Ik weet wie je bedoelt, die man heb ik ook gezien. Maar tegen mij was hij direct heel aardig….” Verstappen: “Over het algemeen zijn de Italiaanse fans zeer gepassioneerd. Natuurlijk zijn ze voor Ferrari, maar dat is prima. Ik vind de sfeer in Italië altijd fantastisch, de mensen zijn helemaal idolaat van racen.”