Daniel Ricciardo is uitermate tevreden met zijn kwalificatie op de zevende plaats. De Australiër troeft hiermee teamgenoot Jean-Eric Vergne (16e) ruim af. Ook start hij voor de beide coureurs van grote broer Red Bull.

“Het is fijn om in Q3 te zitten”, vertelt Ricciardo. “Voor het eerst sinds Bahrein vorig jaar heb ik weer me weer in de  toptien gekwalificeerd. Ik hoop dat ik het morgen een goed vervolg kan geven. Iedereen was afwachtend om banden te sparen. Dat is ook belangrijk voor morgen in de race. Het wordt weer spannend morgen. Het gaat erom wie het langste door kan rijden op de kwetsbare banden.”

De Australiër complimenteert het team en zijn monteurs met het harde werken aan de auto. “We hebben er hard voor gewerkt en met succes. De auto is gewoon veel sneller dan in de eerste twee races.” Dat leek in eerste instantie niet het geval. Beide Toro Rosso’s bleven zelfs achter de Marussia van Jules Bianchi. Met een laatste snelle ronde voorkwamen ze op de valreep dat ze in Q1 al werden geëlimineerd.

In tegenstelling tot Ricciardo kon Vergne zich niet meer heel erg verbeteren in Q2. “Ik ben erg teleurgesteld. Het tempo was vrijdag zo goed. Dat mijn teamgenoot het zo goed heeft gedaan, betekent wel dat de auto het kan. We gaan dus kijken hoe ver we morgen in de race nog kunnen komen.”

James Key, technisch directeur, wil ondanks de zestiende plaats van Vergne, met twee auto’s in de punten rijden zondag. “Het zit er zeker in, gezien de kwalificatie van Ricciardo. Hij heeft een geweldige prestatie geleverd. We hebben er hard voor moeten werken, maar gelukkig met resultaat. Hopelijk kunnen we dit in de race vasthouden.”