Nadat hij zich in de eerste race knap had teruggevochten naar de achtste plaats, mocht Van der Garde de sprintrace vanaf poleposition aanvangen. Zijn start was aarzelend, maar in ieder geval beter dan die van de mannen achter hem. Met name Felipe Nasr kwam slecht weg en zorgde voor een flinke opstopping.
In het gedrang daarachter hield Nigel Melker zich goed staan.Nathanael Berthon liep wel schade op. De Fransman slaagde erin bijna een volledige ronde af te leggen met een loshangende voorvleugel, maar verloor nog meer tijd wanneer hij binnen moet komen voor een nieuw exemplaar.
Over de baan verspreid waren weer volop hectische gevechten. De Singapore Sling werd door diverse coureurs afgestoken, maar straffen hiervoor bleven achterwege. Sergio Canamasas kreeg wel een drivethroughpenalty omdat een monteur te lang aan zijn had gewerkt op de startgrid. Omdat hij geen gehoor gaf aan de oproep deze in te lossen, kreeg hij een zwarte vlag.
Johnny Cecotto Jr. werd bestraft voor het veroorzaken van een botsing. De Venezolaan duwde Jolyon Palmer opzij en de Brit belandde daardoor in de muur. Ondanks de aanwezigheid van een takeltruck op de baan, hield de wedstrijdleiding het bij gezwaaide gele vlaggen en hoefde de safety car niet uit te rukken.
Even later verscheen hij dan toch op de baan. Rene Binder spinde bij het opkomen van het rechte stuk, parkeerde zijn auto dwars op de baan en liet de motor afslaan.
Bij de herstart behield Van der Garde zijn leidende positie en stond die daarna niet meer af. Achter hem was echter nog genoeg gaande. Zo veroverde Melker even de negende plaats maar moest hij later weer drie plaatsen inleveren. Ook verder naar achteren ging het er af en toe heftig aan toe. Alles liep echter goed af.
