Formule1
Adam Cooper
8 september 2012
Fernando Alonso denkt dat de poleposition voor het oprapen lag, ware het niet dat zijn Ferrari werd getroffen door een technisch mankement.
De Ferrari-coureur noteerde de snelste tijd in Q1 en Q2, maar bleef in Q3 op de tiende plaats steken. Een defecte stabilisatorstang bleek de boosdoener. De auto deed het nog wel, maar was lang niet meer zo snel.
“Er was iets mis met de auto”, verklaart Alonso. “Daarmee ging de kans op de makkelijkste pole van het seizoen verloren. Met een rustige ronde haalde ik al een 1:24.1 en Lewis Hamilton pakte pole met 1:24.0. Ik denk dat ik daar een halve seconde onder had kunnen duiken.”
“Het is niet anders”, relativeert Alonso. “De tiende startplaats maakt het moeilijker, maar de auto zal dan weer in orde zijn. We wisten dat er een probleem was, maar zijn toch naar buiten gegaan om te kijken of we de schade konden beperken tot een achtste of negende plaats.”