Formule1
Daan de Geus
28 augustus 2011
Teleurstelling alom bij Sauber: Kamui Kobayashi kwam als twaalfde over de streep en Sergio Pérez haalde het einde van de race zelfs niet. Beide coureurs maakte daarnaast ook nog eens brokken.
De aanrijding van Kobayashi met McLaren-coureur Lewis Hamilton zorgde voor een safetycar-situatie en was misschien wel het meest dramatische moment van de race.
De Sauber-coureur bepleit in zijn terugblik zijn onschuld: “Ik wist dat Lewis sneller was en had dus geen reden om met hem te vechten. Toen hij me voorbij kwam, had ik dan ook geen intentie om mijn plek terug te pakken. Ik bleef daarom gewoon op mijn lijn rijden en had totaal niet verwacht dat Lewis opeens mijn kant op zou komen”, legt de Japanner uit.
Hoewel de aanrijding voor Hamilton het einde van zijn race betekende kon Kobayashi wel verder. Voor punten was zijn bolide desondanks niet snel genoeg en de gekozen strategie niet de juiste, zo moet hij concluderen. “Ik had wel verwacht in de punten te eindigen, maar we kwamen snelheid tekort op het rechte stuk en de zachte banden werkten niet goed, terwijl ik ook nog veel plaatsen verloor doordat ik tijdens de safetycar-periode een pitstop moest maken. Vanaf dat moment waren de punten buiten bereik.”
In de andere C30 verging het Pérez niet veel beter. Hij reed tegen Sébastien Buemi aan, kreeg daarvoor later een drive through penalty opgelegd en kreeg daarna óók nog met een defect te maken.
“Ik ben heel erg teleurgesteld”, deelt hij dan ook mede. “Het begin van de race was prima en de auto deed het goed, dus ik had punten moeten scoren”, vindt hij.
Dat het daar niet van kwam, komt mede door de aanrijding met Buemi. De Toro Rosso-rijder geeft Pérez hier de schuld van, maar deze is een andere mening toegedaan: “Buemi veranderde onder het remmen ineens van lijn. Ik probeerde hem nog te ontwijken, hetgeen niet lukte omdat ik downforce kwijt was”, geeft de Mexicaan zijn lezing.
Na een noodgedwongen pitstop wegens de aanrijding en het inlossen van zijn drive through probeerde Pérez zich nog wel terug te knokken. Voordat hij daar goed en wel mee bezig was, gooide zijn bolide echter roet in het eten. “De achterkant voelde ineens heel raar aan en ik besloot daarop maar om de auto voorzichtig terug naar de pits te brengen. Dat was het einde van mijn dag.”