Ferrari’s progressie stemt Domenicali tevreden
Formule1
Adam Cooper
26 juli 2011
Teambaas Stefano Domenicali is tevreden met de vooruitgang die hij bij Ferrari ziet, al blijft hij herhalen dat de renstal zich op de eigen prestaties – en niet op Sebastian Vettel en Red Bull – moet richten.
“We moeten gewoon elke race blijven aanvallen”, herhaalt Domenicali de huidige lijfspreuk van de Scuderia. “Dat is het enige waar we ons op moeten richten, want het gat naar Vettel is nu nog te groot om daar te hele tijd naar te kijken. Dat moeten we pas over een paar races doen.”
Net als zijn coureur Fernando Alonso hoopt ook Domenicali erop dat Alonso’s teamgenoot Felipe Massa, de McLaren-rijders en ook Vettels eigen teamgenoot Mark Webber erin slagen om de komende races punten af te snoepen van de riant aan kop gaande Duitser: “Hoe meer coureurs meedoen in de strijd om de koppositie, hoe makkelijker het is om meer punten dan Vettel te scoren en op hem in te lopen.”
Om diezelfde reden doet het Domenicali goed dat juist Alonso de laatste drie races de meeste punten van allemaal heeft gescoord. “Dat is mooi om te zien, want het betekent dat we weer op het niveau presteren waar we thuishoren.”
Wat hem verder positief stemt, is dat Ferrari beide coureurs in Duitsland met een auto op pad stuurde die deels voor een natte race was afgesteld. “We hielden er natuurlijk rekening mee dat het zou regenen. Ik weet niet of dat ook het geval was voor onze rivalen. Ik denk eigenlijk van wel, maar het is voor ons desondanks een goed teken dat we het zelfs met een dergelijke afstelling zo goed deden.”
Dankzij de goede huidige vorm van Ferrari rekent de Italiaan erop dat de tweede seizoenshelft een ‘interessante show’ wordt: “En niet alleen voor ons, maar voor iedereen, want Red Bull is in mijn ogen nog altijd het sterkste team, terwijl McLaren in Duitsland heeft laten zien dat ze ook weer vooraan met ons meedoen.”
Dat gezegd hebbende doet Domenicali zijn best zijn manschappen scherp te houden door ze aan vorig jaar te herinneren. “We gaan nu namelijk naar de Hungaroring, en in 2010 gaven we daar een volle seconde toe op de Red Bulls. We moeten dus niet gaan zweven, gewoon met onze voeten op de grond blijven staan en keihard aan de slag gaan om de auto beter te maken.”