Kevin van Nunen
11 april 2011
Vitaly Petrov snapt nog altijd niet hoe het kan dat hij in de slotfase van de Maleisische Grand Prix crashte en met lege handen kwam te staan. Hij werd gelanceerd door een hobbel naast de baan.
De Rus kwam in zijn Renault te wijd uit bocht acht en probeerde vervolgens het circuit weer op te sturen. Dat leek goed te gaan, totdat zijn bolide plotseling werd gelanceerd door een hobbel die verborgen zat in het gras.
Petrov vloog door de lucht en had kort na de landing plotseling de stuurkolom los in zijn handen. Deze schoot los vanwege de impact bij de landing. Gelukkig voor de Renault-rijder kwam hij er zonder kleerscheuren vanaf.
“Het is geen gemakkelijke bocht, maar ook weer geen bocht waar ik even een halve seconde win ten opzichte van de concurrentie. Ik wist dat Hamilton achter me reed, maar mijn banden werkten nog goed en ik reed snelle tijden”, schetst Petrov voor Autosport.com de situatie.
“Ik denk dat ik over enkele stukjes rubber naast de ideale lijn reed. Als je een stukje rubber oppikt, zorgt dat al voor een beetje onderstuur. Ik had ook een beetje onderstuur, maar ging wijder en wijder. Terugsturen de baan op is geen probleem. Totdat ik ineens door de lucht vloog.”
Hoewel Petrov niet bang was – “Het is enger om een muur op je af te zien komen” – denkt hij wel dat zijn crash voorkomen had kunnen worden. “Het is geen gek idee om het gras af te vlakken, er had natuurlijk wel allerlei narigheid kunnen ontstaan.”