Alle nieuwe regels op een rij
Een nieuw Formule 1-seizoen betekent de laatste jaren tevens de introductie van grote en kleine regelveranderingen. Iedere nieuwe regel gaat gepaard met een bepaald te bereiken doel. [schuin}FORMULE 1 RaceReport{schuin] zet de veranderingen op een rij en legt tevens uit wat de gevolgen zullen zijn.
Motorbevriezing uitgebreid
Net als in 2007, zijn er ook in 2008 enkel gehomologeerde motoren toegestaan. Anders is dat de homologatie voor dit seizoen verder is uitgebreid, ook alle elementen die zijn genoemd in Artikel 5.4 en 5.17 in het Technische Reglement vallen hier nu onder. Onderdelen die vallen onder Artikel 5.17 kunnen zonder straf worden gewisseld onder de voorwaarde dat ze door een identiek exemplaar worden vervangen. Deze vorm van bevriezing duurt waarschijnlijk vijf jaar. Nieuw is ook dat teams hun eerste motor onbestraft kunnen wisselen, mits de krachtbron ook echt stuk is. Om tactische redenen wisselen zit er niet in. Vandaar dat dit principe niet geldt tijdens de afsluitende race. Daarna geldt als vanouds dat een coureur tien startplekken moet inleveren. Wordt de motor na afloop van de kwalificatie gewisseld, dan zal hij achteraan moeten starten. Gevolg: Uitbreiding van de homologatie is logisch gezien het project dat in 2007 is opgestart. Door ook het toebehoren van de motor te homologeren wordt tevens voorkomen dat teams enorm investeren in het verbeteren van een simpele benzinepomp waar amper tijdwinst tegenover staat. Introductie standaard-ECU
Door velen is er reikhalzend uitgekeken naar het moment dat tractiecontrole weer verboden zou worden. Dankzij de komst van de standaard Elektronic Control Unit (ECU) is het zover. Maar wat doet de standaard-ECU nu precies? Alle componenten van de motor en versnellingsbak, waaronder bijvoorbeeld de koppeling en het differentieel controleren. De standaard-ECU is ontwikkeld door McLaren Electronic Systems en Microsoft en moet worden gebruikt zoals door de FIA voorgeschreven. Gevolg: De introductie van de standaard-ECU brengt veel veranderingen binnen teams teweeg. Die mogen niet meer hun eigen elektronische systemen gebruiken, zoals in het geval van Renault Magneti Marelli. De standaard-ECU heeft maar de helft van het vermogen van Renaults oude systeem en slechts een kwart van het geheugen. Het ECU-pakket bestaat uit zes units en zorgt voor een gewichtsbesparing van 35 procent. De introductie van de standaard-ECU maakt een aantal andere systemen overbodig, zoals tractiecontrole en de motorrem. Renault heeft berekend dat dit zo'n vier tienden per ronde scheelt. Cockpitbescherming
Door de cockpitranden te verhogen wordt het hoofd van de coureurs beter beschermd. Directe aanleiding voor deze maatregel is de botsing tussen David Coulthard en Alexander Wurz, waarbij de Schotse coureur over de cockpit van de Williams schoof en Wurz bijna onthoofde. Gevolg: De nieuwe hoofdbescherming is geïntroduceerd om de coureurs beter te beschermen tegen blessures als auto's over elkaar schuiven. Gevolg hiervan is dat de teams twijfelen over de juiste plaatsing van de spiegels: aan de zijkant van de cockpit of op de sidepods? Dit om de coureurs van maximaal zicht te verzekeren. Gebruik exotische materialen verboden
Formule 1-teams kunnen een lijst van toegestaan materiaal raadplegen in de Appendix van de verschillende reglementen. Gevolg: Dit betekent dat alle Formule 1-auto's vanaf 2008 gebouwd moeten worden van materialen die door de FIA zijn toegestaan. De FIA heeft dit gedaan om te voorkomen dat de renstallen dure, exotische materialen op grote schaal gaan gebruiken zonder dat hier technologische revolutie aan vooraf gaat. Ook heeft de autosportbond het verbod ingesteld om te voorkomen dat de teams hier teveel geld aan gaan uitgeven nu er op andere fronten bezuinigd kan worden. 5,75 procent biobrandstof
De FIA heeft de teams verplicht te racen met benzine die voor 5,75 procent bestaat uit biobrandstof. Gevolg: Sinds 1993 gelden er strenge regels waar de benzine van Formule 1-auto's aan moet voldoen De FIA schreef toen voor dat de auto's moesten rijden op ongelode benzine die overeenkomt met Euro 95 zoals bij de benzinepomp verkrijgbaar is. Voor die tijd waren er teams die experimenteerden met hoge octaangehaltes omdat dat betere prestaties opleverde. Sinds het introduceren van 'gewone' benzine stelt de FIA de teams ertoe verplicht personenauto's altijd voor te zijn. Net als in dit geval; vanaf 2010 moeten ook personenauto's op benzine rijden die deels bestaat uit biobrandstof. Uitzonderingen tijdens testen
De officiële omschrijving van testen is als volgt: alle kilometers die een deelnemer aan het WK maakt met uitzondering van promotiewerk en training van talenten. Wat het promotiewerk inhoudt moge duidelijk zijn. Training van talenten geldt voor coureurs die de 24 maanden voorafgaand aan de test geen Grand Prix hebben gereden noch meer dan vier dagen hebben getest in dezelfde periode. Gevolg: Aangezien jonge coureurs nu kunnen testen zonder dat dit ten koste gaat van het aantal kilometers (30.000) die Formule 1-teams jaarlijks mogen afleggen, is het makkelijker geworden om talenten een kans te geven. Renault heeft deze clausule reeds gebruikt. Alvaro Parente won de World Series by Renault in 2007 en kreeg als beloning een test aangeboden. Voor deze evaluatiedagen geldt een limiet van 350 kilometer. Geen reservewagen meer
Teams mogen vanaf dit seizoen nog maar twee auto's klaar hebben staan voor gebruik tijdens een Grand Prix-weekend. Een auto is in dit geval een survival cell met daaraan vast een voorwielophanging, radiateur, bodywork, olietank of warmte-uitwisselaar. Gevolg: Dit betekent dat de reservewagen verdwijnt uit de pitbox. Een logische stap om kosten te besparen nu de auto's een stuk betrouwbaarder zijn dan in het verleden. Waarschijnlijk nemen de teams nu één chassis minder mee naar de races (drie om voorheen vier). Vier races met dezelfde versnellingsbak
Iedere vier races die een coureur rijdt, moet hij voltooien met dezelfde versnellingsbak. Doet hij dat niet en gaat zijn versnellingsbak kapot, dan krijgt hij vijf startplaatsen straf tijdens het Grand Prix-weekend waarin hij moet wisselen. Valt een coureurs tijdens de eerste, tweede of derde race uit, dan mag hij het volgende weekend starten met een nieuwe versnellingsbak zonder dat hij wordt bestraft. Tijdens de tweede, derde en vierde race mogen de verzegelingen onder toezicht en voor de start van de kwalificatie telkens één keer worden verbroken om de versnellingratio's en dog rings te veranderen. Zijn deze twee onderdelen beschadigd, dan mogen deze worden vervangen als een technisch gedelegeerde van de FIA dit goedkeurt en dit niet op systematische basis gebeurt. Gevolg: Motoren moeten het al enige tijd (sinds 2004) langer dan één race volhouden en dit is nu uitgebreid naar het gebied van de versnellingsbak. Versnellingsbakken moeten het nu vier evenementen (de zaterdag en zondag van een Grand Prix-weekend) uithouden. Een behoorlijke verandering ten opzichte van 2007. De afstellingen van de versnellingsbak mogen wel per race worden veranderd. Williams reed vorig seizoen reeds alle races met een versnellingsbak die conform de nieuwe regels was gebouwd. Bijtanken na kwalificatie verboden
Alle auto's die zich hebben geplaatst voor Q3 mogen na afloop van de kwalificatie niet worden bijgetankt voordat de race is gestart. Ook mag er geen benzine uit de tank worden verwijderd. Gevolg: Nu bijtanken tussen het einde van de kwalificatie en de start van de race is verboden, lijkt de kwalificatie-opzet wel wat op die van 2003. Toen was er sprake van een single lap-qualifying waarin de auto's één vliegende ronde reden met de benzine voor de eerste stint van de race al aan boord. Daardoor kwam de nadruk van de race-strategie te liggen op het eerste deel van de race. Met name Renault paste deze truc toentertijd met succes toe. Tijden kwalificatiesessies veranderd
De kwalificatie ondergaat alleen kleine veranderingen. Na afloop van de eerste sessie, die twintig minuten duurt, moeten de zes traagste coureurs het veld ruimen. De tweede sessie duurt vijftien minuten en wordt verreden volgens hetzelfde principe. De tien snelste coureurs plaatsen zich voor de derde sessie, waarin de strijd om pole-position wordt beslecht. Nieuw is dat deze sessie nog maar tien minuten duurt. Gevolg: Door te kiezen voor het format van 20/15/10 minuten horen de zogenaamde fuel-burning laps tot het verleden. Door deze opzet wordt de derde sessie er aantrekkelijker op omdat er niet gewacht hoeft te worden tot de coureurs snelle tijden gaan neerzetten. Omdat er na de kwalificatie niet meer bijgetankt mag worden, verdwijnt waarschijnlijk ook de rij auto's die in de pitstraat wacht op het groene licht. De druk om zoveel mogelijk ronden te draaien en de benzine op te rijden is er nu immers niet meer. Overig
Bovenop de regelveranderingen die hierboven zijn uitgelegd, wordt er nog gesproken over de nodige modificaties aan reeds bestaande regels. Over het algemeen met het doel onduidelijkheden die in 2007 aan het licht kwamen op te helderen. Denk bijvoorbeeld aan de banden die gebruikt mogen worden als een race start achter de safetycar (naar aanleiding van Japan 2007), de in acht te nemen afstand achter de safetycar (naar aanleiding van Japan 2007) en een expliciete definitie hoe de benzine- en buitentemperatuur gemeten dient te worden (naar aanleiding van Brazilië 2007). Tot slot is de structuur van de arbitrage op de schop gegaan. Voorheen bestond de organisatie van de stewards uit FIA’s eigen hoofdsteward Tony Scott-Andrews, en twee stewards die per race aangewezen werden. Een daarvan was afkomstig uit de nationale autosportbond van het land waar de Grand Prix gehouden werd, de tweede kwam uit de internationale autosport. Het zorgde er vorig jaar voor dat beslissingen lang op zich konden laten wachten. Nu Scott-Andrews met pensioen is gegaan, heeft de FIA de organisatie van de stewards onder handen genomen. Alan Donnelly is de nieuwe ‘hoofdscheidsrechter’, maar in plaats van twee krijgt hij drie stewards onder zich. Die worden per race aangewezen en hebben een nationaliteit die niet onder de Formule 1-coureurs voorkomt. Het geharrewar met onderzoeken moet vanaf nu sneller verlopen.
Motorbevriezing uitgebreid
Net als in 2007, zijn er ook in 2008 enkel gehomologeerde motoren toegestaan. Anders is dat de homologatie voor dit seizoen verder is uitgebreid, ook alle elementen die zijn genoemd in Artikel 5.4 en 5.17 in het Technische Reglement vallen hier nu onder. Onderdelen die vallen onder Artikel 5.17 kunnen zonder straf worden gewisseld onder de voorwaarde dat ze door een identiek exemplaar worden vervangen. Deze vorm van bevriezing duurt waarschijnlijk vijf jaar. Nieuw is ook dat teams hun eerste motor onbestraft kunnen wisselen, mits de krachtbron ook echt stuk is. Om tactische redenen wisselen zit er niet in. Vandaar dat dit principe niet geldt tijdens de afsluitende race. Daarna geldt als vanouds dat een coureur tien startplekken moet inleveren. Wordt de motor na afloop van de kwalificatie gewisseld, dan zal hij achteraan moeten starten. Gevolg: Uitbreiding van de homologatie is logisch gezien het project dat in 2007 is opgestart. Door ook het toebehoren van de motor te homologeren wordt tevens voorkomen dat teams enorm investeren in het verbeteren van een simpele benzinepomp waar amper tijdwinst tegenover staat. Introductie standaard-ECU
Door velen is er reikhalzend uitgekeken naar het moment dat tractiecontrole weer verboden zou worden. Dankzij de komst van de standaard Elektronic Control Unit (ECU) is het zover. Maar wat doet de standaard-ECU nu precies? Alle componenten van de motor en versnellingsbak, waaronder bijvoorbeeld de koppeling en het differentieel controleren. De standaard-ECU is ontwikkeld door McLaren Electronic Systems en Microsoft en moet worden gebruikt zoals door de FIA voorgeschreven. Gevolg: De introductie van de standaard-ECU brengt veel veranderingen binnen teams teweeg. Die mogen niet meer hun eigen elektronische systemen gebruiken, zoals in het geval van Renault Magneti Marelli. De standaard-ECU heeft maar de helft van het vermogen van Renaults oude systeem en slechts een kwart van het geheugen. Het ECU-pakket bestaat uit zes units en zorgt voor een gewichtsbesparing van 35 procent. De introductie van de standaard-ECU maakt een aantal andere systemen overbodig, zoals tractiecontrole en de motorrem. Renault heeft berekend dat dit zo'n vier tienden per ronde scheelt. Cockpitbescherming
Door de cockpitranden te verhogen wordt het hoofd van de coureurs beter beschermd. Directe aanleiding voor deze maatregel is de botsing tussen David Coulthard en Alexander Wurz, waarbij de Schotse coureur over de cockpit van de Williams schoof en Wurz bijna onthoofde. Gevolg: De nieuwe hoofdbescherming is geïntroduceerd om de coureurs beter te beschermen tegen blessures als auto's over elkaar schuiven. Gevolg hiervan is dat de teams twijfelen over de juiste plaatsing van de spiegels: aan de zijkant van de cockpit of op de sidepods? Dit om de coureurs van maximaal zicht te verzekeren. Gebruik exotische materialen verboden
Formule 1-teams kunnen een lijst van toegestaan materiaal raadplegen in de Appendix van de verschillende reglementen. Gevolg: Dit betekent dat alle Formule 1-auto's vanaf 2008 gebouwd moeten worden van materialen die door de FIA zijn toegestaan. De FIA heeft dit gedaan om te voorkomen dat de renstallen dure, exotische materialen op grote schaal gaan gebruiken zonder dat hier technologische revolutie aan vooraf gaat. Ook heeft de autosportbond het verbod ingesteld om te voorkomen dat de teams hier teveel geld aan gaan uitgeven nu er op andere fronten bezuinigd kan worden. 5,75 procent biobrandstof
De FIA heeft de teams verplicht te racen met benzine die voor 5,75 procent bestaat uit biobrandstof. Gevolg: Sinds 1993 gelden er strenge regels waar de benzine van Formule 1-auto's aan moet voldoen De FIA schreef toen voor dat de auto's moesten rijden op ongelode benzine die overeenkomt met Euro 95 zoals bij de benzinepomp verkrijgbaar is. Voor die tijd waren er teams die experimenteerden met hoge octaangehaltes omdat dat betere prestaties opleverde. Sinds het introduceren van 'gewone' benzine stelt de FIA de teams ertoe verplicht personenauto's altijd voor te zijn. Net als in dit geval; vanaf 2010 moeten ook personenauto's op benzine rijden die deels bestaat uit biobrandstof. Uitzonderingen tijdens testen
De officiële omschrijving van testen is als volgt: alle kilometers die een deelnemer aan het WK maakt met uitzondering van promotiewerk en training van talenten. Wat het promotiewerk inhoudt moge duidelijk zijn. Training van talenten geldt voor coureurs die de 24 maanden voorafgaand aan de test geen Grand Prix hebben gereden noch meer dan vier dagen hebben getest in dezelfde periode. Gevolg: Aangezien jonge coureurs nu kunnen testen zonder dat dit ten koste gaat van het aantal kilometers (30.000) die Formule 1-teams jaarlijks mogen afleggen, is het makkelijker geworden om talenten een kans te geven. Renault heeft deze clausule reeds gebruikt. Alvaro Parente won de World Series by Renault in 2007 en kreeg als beloning een test aangeboden. Voor deze evaluatiedagen geldt een limiet van 350 kilometer. Geen reservewagen meer
Teams mogen vanaf dit seizoen nog maar twee auto's klaar hebben staan voor gebruik tijdens een Grand Prix-weekend. Een auto is in dit geval een survival cell met daaraan vast een voorwielophanging, radiateur, bodywork, olietank of warmte-uitwisselaar. Gevolg: Dit betekent dat de reservewagen verdwijnt uit de pitbox. Een logische stap om kosten te besparen nu de auto's een stuk betrouwbaarder zijn dan in het verleden. Waarschijnlijk nemen de teams nu één chassis minder mee naar de races (drie om voorheen vier). Vier races met dezelfde versnellingsbak
Iedere vier races die een coureur rijdt, moet hij voltooien met dezelfde versnellingsbak. Doet hij dat niet en gaat zijn versnellingsbak kapot, dan krijgt hij vijf startplaatsen straf tijdens het Grand Prix-weekend waarin hij moet wisselen. Valt een coureurs tijdens de eerste, tweede of derde race uit, dan mag hij het volgende weekend starten met een nieuwe versnellingsbak zonder dat hij wordt bestraft. Tijdens de tweede, derde en vierde race mogen de verzegelingen onder toezicht en voor de start van de kwalificatie telkens één keer worden verbroken om de versnellingratio's en dog rings te veranderen. Zijn deze twee onderdelen beschadigd, dan mogen deze worden vervangen als een technisch gedelegeerde van de FIA dit goedkeurt en dit niet op systematische basis gebeurt. Gevolg: Motoren moeten het al enige tijd (sinds 2004) langer dan één race volhouden en dit is nu uitgebreid naar het gebied van de versnellingsbak. Versnellingsbakken moeten het nu vier evenementen (de zaterdag en zondag van een Grand Prix-weekend) uithouden. Een behoorlijke verandering ten opzichte van 2007. De afstellingen van de versnellingsbak mogen wel per race worden veranderd. Williams reed vorig seizoen reeds alle races met een versnellingsbak die conform de nieuwe regels was gebouwd. Bijtanken na kwalificatie verboden
Alle auto's die zich hebben geplaatst voor Q3 mogen na afloop van de kwalificatie niet worden bijgetankt voordat de race is gestart. Ook mag er geen benzine uit de tank worden verwijderd. Gevolg: Nu bijtanken tussen het einde van de kwalificatie en de start van de race is verboden, lijkt de kwalificatie-opzet wel wat op die van 2003. Toen was er sprake van een single lap-qualifying waarin de auto's één vliegende ronde reden met de benzine voor de eerste stint van de race al aan boord. Daardoor kwam de nadruk van de race-strategie te liggen op het eerste deel van de race. Met name Renault paste deze truc toentertijd met succes toe. Tijden kwalificatiesessies veranderd
De kwalificatie ondergaat alleen kleine veranderingen. Na afloop van de eerste sessie, die twintig minuten duurt, moeten de zes traagste coureurs het veld ruimen. De tweede sessie duurt vijftien minuten en wordt verreden volgens hetzelfde principe. De tien snelste coureurs plaatsen zich voor de derde sessie, waarin de strijd om pole-position wordt beslecht. Nieuw is dat deze sessie nog maar tien minuten duurt. Gevolg: Door te kiezen voor het format van 20/15/10 minuten horen de zogenaamde fuel-burning laps tot het verleden. Door deze opzet wordt de derde sessie er aantrekkelijker op omdat er niet gewacht hoeft te worden tot de coureurs snelle tijden gaan neerzetten. Omdat er na de kwalificatie niet meer bijgetankt mag worden, verdwijnt waarschijnlijk ook de rij auto's die in de pitstraat wacht op het groene licht. De druk om zoveel mogelijk ronden te draaien en de benzine op te rijden is er nu immers niet meer. Overig
Bovenop de regelveranderingen die hierboven zijn uitgelegd, wordt er nog gesproken over de nodige modificaties aan reeds bestaande regels. Over het algemeen met het doel onduidelijkheden die in 2007 aan het licht kwamen op te helderen. Denk bijvoorbeeld aan de banden die gebruikt mogen worden als een race start achter de safetycar (naar aanleiding van Japan 2007), de in acht te nemen afstand achter de safetycar (naar aanleiding van Japan 2007) en een expliciete definitie hoe de benzine- en buitentemperatuur gemeten dient te worden (naar aanleiding van Brazilië 2007). Tot slot is de structuur van de arbitrage op de schop gegaan. Voorheen bestond de organisatie van de stewards uit FIA’s eigen hoofdsteward Tony Scott-Andrews, en twee stewards die per race aangewezen werden. Een daarvan was afkomstig uit de nationale autosportbond van het land waar de Grand Prix gehouden werd, de tweede kwam uit de internationale autosport. Het zorgde er vorig jaar voor dat beslissingen lang op zich konden laten wachten. Nu Scott-Andrews met pensioen is gegaan, heeft de FIA de organisatie van de stewards onder handen genomen. Alan Donnelly is de nieuwe ‘hoofdscheidsrechter’, maar in plaats van twee krijgt hij drie stewards onder zich. Die worden per race aangewezen en hebben een nationaliteit die niet onder de Formule 1-coureurs voorkomt. Het geharrewar met onderzoeken moet vanaf nu sneller verlopen.
Gerelateerd nieuws