Dat Cadillac met Andretti Autosport de Formule 1 in wil, is ook als een verrassing gekomen voor Renger van der Zande, die in de endurance-racerij fabriekscoureur is voor de Amerikaanse automaker. Van der Zande denkt echter dat de Europese teams hun borst kunnen natmaken nu de Amerikaanse grootmachten hun zinnen op de koningsklasse hebben gezet.
Door Renger van der Zande
Veel Europeanen beseffen waarschijnlijk niet hoe groot General Motors is, het moederbedrijf van Cadillac. Het is huge in Amerika en wereldwijd één van de grootste automakers. Binnen General Motors heb je merken als Chevrolet en Corvette, met Cadillac het premium brand dat luxe en sportiviteit combineert. Dat zo’n grote Amerikaanse automaker met Andretti als Amerikaans team de Formule 1 in wil, is een mega move – en Andretti is voor Cadillac een geweldige naam om het mee te doen die ook Formule 1-historie heeft, aangezien Mario en Michael Andrettti er geracet hebben.
Veel mensen vragen mij of ik bij Cadillac mag instappen, maar tegen de tijd dat ze op de grid staan, ben ik veertig… Was het twintig jaar eerder maar gebeurd! Toch is het ook voor mij leuk, want ik ben de langstzittende Cadillac-fabriekscoureur, zit er sinds 2018. Zodoende komt er ook wat op mij af als ambassadeur. Dat General Motors dit met Cadillac doet, laat zien dat ze vinden dat het bij het premiumimago van de Formule 1 past. Ik heb in Amerika soms hele dikke straatauto’s van Cadillac onder mijn kont met zevenhonderd, achthonderd pk en alle toeters en bellen. De V-series van Cadillac kun je vergelijken met Mercedes’ AMG Black Series-topreeks of de dikste BMW M-auto’s.
No bullshit
Ik ben ook op de Cadillac-fabriek in Detroit geweest waar ze onze IMSA-motoren bouwen. Dat gaat in een enorm complex met geweldige faciliteiten, op typisch Amerikaanse no bullshit-wijze: ze willen gewoon de beste motor bouwen, verder niks. Vanuit Europa wordt soms op de Amerikaanse autosport neergekeken, maar dat is onterecht. Dat komt, denk ik, omdat ze in de US alleen maar bezig zijn met racen, de show en marketing, niet met poespas. Ook in die zin is het no bullshit.
Podcast – Daytona Special: over horloges, priesters, ‘Racen XL’ en de koude nacht
Andretti is in Amerika vooral bekend uit Indycar, waar ze een serieuze speler zijn, maar NASCAR is er de grootste autosport. De grootste NASCAR-teams zijn qua budget en fabriek net zo groot of groter dan de meeste Formule 1-teams. Hetzelfde geldt voor een Ganassi, Cadillac of Penske. Onderschat ook Andretti niet. Ja, ze moeten zich aanpassen aan de Formule 1, maar hebben een paar jaar de tijd. Als je hem omdraait en vraagt: ‘waar zouden ze in de Formule 1 staan?’, dan zet ik ze vóór Haas, AlphaTauri en Sauber.
De Formule 1-teams mogen zich dus opmaken voor stevige concurrentie uit Amerika. Áls Andretti en Cadillac de sport mogen betreden. De reactie vanuit de Formule 1 is niet onverdeeld positief… Toch moeten de teams verder kijken dan de ‘kleine munten’ die ze verliezen als er een nieuw team komt: het groeipotentieel van de Formule 1 in Amerika is nog altijd gigantisch. En met 330 miljoen inwoners geldt: massa is kassa. Een aansprekend, Amerikaans merk als Cadillac hoort er dus zeker tussen in de Formule 1.
Renger van der Zande is naast IMSA-coureur ook columnist van FORMULE 1 Magazine. De wintereditie van FORMULE 1 Magazine, nr. 02, ligt nu in de winkel of is hieronder te bestellen. Met gratis verzending binnen Nederland!