Op zijn zestiende reed hij zijn eerste vrije training en met 17 jaar, 5 maanden en 13 dagen werd hij met afstand de jongste debutant ooit. Het scheelde bijna twee jaar met de vorige houder van dat record. De leeftijd van Max werd nooit een negatief element. Eerder het tegenovergestelde.
Wat hij presteerde in zijn debuutjaar was bij vlagen fenomenaal, óók als hij 21 jaar zou zijn geweest. Doordat hij pas 17 was, kregen de prestaties van Max nog meer cachet. Hij maakte nauwelijks fouten, en als hij het deed dan ook maar één keer dezelfde fout. Een kenmerk van de echte toppers. Hij leerde razendsnel hoe hij met de banden moest omgaan, een sleutel voor een goede uitslag in de race. Zijn kwalificaties in de tweede seizoenshelft waren bijna altijd maximaal. En zijn inhaalacties spreken voor zich.
Misschien wel nóg indrukwekkender was hoe Max zich naast het asfalt presenteerde. Altijd vriendelijk, zelfbewust maar nooit arrogant. En, om weer bij het begin van dit voorwoord terug te keren, hij liet zich de kaas nooit van het brood eten. Wij vonden het debuutjaar van Max meer dan de moeite waard om een complete uitgave van Formule 1 aan te wijden. Geniet nog één keer van een bijzonder jaar voor de Nederlandse autosport.