Renault heeft afgelopen winter hard aan zijn krachtbron gewerkt. ”In 2017 willen we het gat naar de rest dichten”, aldus Renaults motordirecteur Remi Taffin bij de presentatie van de RS17. Daar profiteert natuurlijk ook Max Verstappen van.
Na een dramatisch slecht 2015 heeft de motorenafdeling van Renault zich vorig seizoen behoorlijk herpakt. “We wilden onze achterstand halveren en dat hebben we bereikt”, aldus Remi Taffin.
In 2017 moet er een nieuwe stap worden gemaakt. “Alle onderdelen zijn uiteraard onder de loep genomen. Specifiek hebben we hard gewerkt aan de gewichtsreductie van het hele pakket en aan de lay-out van de koelingselementen.”
Ook de energieregeneratie moest opnieuw worden bekeken. “De auto’s hebben meer grip en downforce. Daarbij zijn de topsnelheden lager. Al met al wordt de remweg dus korter en kunnen we onder het remmen minder energie herwinnen. Dit moeten we compenseren door meer te regenereren uit de warmtesystemen.”
Taffin vertelt dat de ook architectuur van de V6 is aangepast. “Al met al is het doel om eind dit jaar het gat naar de rest te hebben gedicht.”Om de doelstelling te halen, heeft Renault ook geïnvesteerd in de (motor)productiefaciliteit in Viry-Chatillon. “Op sommige afdelingen is het personeelsbestand uitgebreid”, aldus Taffin. “Daarnaast hebben we onze researchcapaciteiten vergroot.”
Dat is dus goed nieuws voor Max Verstappen. Red Bull maakt ook dit jaar weer gebruik van Renault-motoren, die opnieuw worden omgedoopt tot TAG Heuer.
