Lotus-coureur voelt zich gesterkt door twee goede optredens op rij en zet in op meer klinkende resultaten voor de tweede seizoenshelft, waarin hij verder zijn eerste race hoopt te winnen.

Grosjean heeft wisselvallig gepresteerd in de eerste helft van het huidige Formule 1-seizoen, maar de Fransman gaat na het behalen van de derde plaats in de Grand Prix van Duitsland en een zesde plek in de Grand Prix van Hongarije, waarin meer mogelijk was geweest, in ieder geval met een goed gevoel de zomerstop in.

Terugblikkend op de eerste helft van 2013 verklaart Grosjean op de website van zijn team dat het woord ‘potentieel’ zijn eerste seizoenshelft volgens hem het beste samenvat: “Ondanks dat we een aantal moeilijke momenten hebben gehad en niet altijd de resultaten hebben behaald die we voor mogelijk hadden gehouden, is het potentieel daarvoor er wel altijd geweest”, zo legt hij uit.

Als hoogtepunt van zijn jaar noemt Grosjean twee dingen, waarvan hij zelf aangeeft dat er eentje eigenlijk niet telt: “Dat is de inhaalactie die ik in Hongarije op Felipe Massa maakte”, zegt hij. “Het was in mijn ogen misschien zelfs de beste inhaalactie uit mijn carrière, maar aangezien ik er een penalty voor kreeg, is het toch niet echt hetzelfde, dus ik ga maar voor de derde plek uit Duitsland.”

Als dieptepunt noemt Grosjean zijn weekend in Monaco. “De snelheid was er, maar ik kreeg het gewoon niet op de rit”, erkent Grosjean, die dat weekend flink wat schade reed en daarvoor nog steeds een rekening open heeft staan: “Ik ben onze monteurs en onderdelenbouwers nog heel wat drankjes schuldig”, weet hij.

Grosjean hoopt die rekening echter te vereffenen met de overwinnings-champagne die hij dit jaar nog hoopt te proeven. “Dat zou de beste manier zijn om het te doen”, stelt de Lotus-rijder, die denkt dat zijn eerste zege ‘niet ver weg meer is, na onze goede prestaties van de laatste paar races’.

“We hebben in Duitsland en Hongarije immers wel bewezen dat we vooraan mee kunnen doen, dus ik denk dat we, als we dit na de zomerstop weten vol te houden, met veel vertrouwen uit kunnen kijken naar de resterende negen races.”