Gene Haas is een bekende in de Amerikaanse autosport: hij runt sinds 2003 een NASCAR-team. Het mag geen verrassing zijn dat hij bij een eerdere poging een Amerikaans Formule 1-team te stichten, zo’n tien jaar geleden, ook al werd benaderd. Toen door Ken Anderson en Peter Windsor, de mannen achter het uiteindelijk doodgeboren USF1.
Ik heb een jaar met Gene gesproken voor hij zei: we gaan het doen!Haas had toen geen interesse, maar toen Steiner een paar jaar erna met de Amerikaan in gesprek raakte, vond hij wel gehoor. Al was dat niet van de ene op de andere dag: “Ik geloof dat Gene en ik er wel een jaar over hebben gesproken voor hij zei: ‘we gaan het doen!'”, blikt Steiner terug in interview met FORMULE 1. Steiner zelf was al een tijd naar een partner op zoek, met de Formule 1 die grofweg tussen 2010 en 2013 in een soort transitieperiode verkeerde. “Er werd toen gesproken over zaken als klantenauto’s, of teams die een derde auto zouden inzetten”, herinnert Steiner zich. “Ik kende veel mensen in de Formule 1, vroeg ze: ‘als ik het geld weet te vinden, kan ik dan je derde auto of klantenauto runnen?'” Zo ontstond, met de Formule 1 die dat ‘derde auto’-idee al snel weer afschoot, het begin van het business plan achter Haas F1. “Het is eigenlijk een evolutie van dat plan.” Lees ook: Rivalen willen onderzoek naar Haas’ ‘replica Ferrari’ Anders dan anders
Het idee kreeg steeds meer vorm in Steiners hoofd: Haas zou een Amerikaans team worden, met nauwe banden in Europa. Het zou kopen wat het kon van Ferrari – niet de minste natuurlijk – en de experts van Dallara strikken om de auto te ontwerper en ontwikkelen. Het idee was deels ingegeven door het falen van eerdere nieuwkomers – zoals het al vroeg in problemen gekomen HRT, Lotus/Caterham en Manor-Marussia. “Dat was voor ons reden het anders te doen. Hetzelfde doen, zou hetzelfde resultaat opleveren…” Bovendien, haalt Steiner aan, ‘zaten er slimme mensen’ bij de teams die al vroeg faalden. “Vandaar het streven het anders te doen, en ik had de regels goed gelezen en er veel over gesproken met Charlie Whiting, een goede vriend. We hebben gekeken naar hoe het in te kleden viel”, doelt Steiner op de helaas overleden voormalig FIA-topman.
De graafmachine is uitgevonden door iemand die het zat was met een schep een gat te gravenSchep of graafmachine
Haas zette er eerst op in vanaf 2015 op de grid te staan, maar richtte haar vizier uiteindelijk op 2016. Nog altijd werd er getwijfeld. “Iedereen zei dat we het niet zouden redden, omdat we het anders deden dan normaal, maar ik weet juist niet waarom eerdere nieuwkomers dit niet probeerden.” “Je ziet dat echter in veel industrieën”, haalt Steiner aan. “Er is een geijkte manier om dingen te doen en elke nieuwkomer doet dan precies hetzelfde. Gek, eigenlijk: je maakt juist progressie door dingen anders te doen. Ik bedoel: wie heeft de graafmachine uitgevonden? Iemand die het zat was met een schep gaten te graven…” Lees ook: Günther Steiner moet zelf ook nog wennen aan zijn soort van sterrenstatus Uiteindelijk was het echter ook risico nemen, gewoon ervoor gaan. “En het werkte”, stelt Steiner tevreden vast. Haas scoorde in haar debuutrace gelijk punten, sloot haar eerste jaar als achtste af. Het seizoen erop herhaalde het dat (met een stuk meer punten), in 2018 finishte het zelfs vijfde, tussen grote jongens als Renault en McLaren in. Amerikaanse vlag
2019 is dus een lastiger jaar, maar Haas hoopt op beterschap in 2020. En als het even kan, deze zondag in eigen huis. Want ondanks de uitvalsbasis in het Britse Banbury en Italiaanse achtergrond, blijft Haas een Amerikaans team. “Door onze eigenaar, Gene Haas, die Amerikaan is en alles betaalt. Amerikaanser wordt het niet”, lacht Steiner. Serieuzer: “De Formule 1 is een globale business. Veel teams opereren uit een land, maar rijden onder de vlag van een ander. Red Bull zit in Engeland maar is Oostenrijks, want daar komt het geld vandaan.” Voor het ‘Duitse’ Mercedes-team geldt eigenlijk hetzelfde.
De Formule 1 is in Amerika minder zichtbaar dan de grote Amerikaanse sportenHet ontbreekt Haas na vier jaar Formule 1 nog wel aan grote Amerikaanse sponsoren, maar, zegt Steiner, “als de Formule 1 een grote sport wordt in Amerika, komt die sponsor wel. Voor nu is het lastig voor Amerikaanse bedrijven veel geld te investeren in een sport die – vergeleken met Amerikaanse sporten – niet goed zichtbaar is in eigen land.” Lees ook: Steiner: ‘In Amerika hebben media en fans meer toegang, is sport opener’ Een tweede (en daarna derde) race in Amerika zou ook helpen, denkt Steiner, net als een Amerikaanse coureur. Maar niet zomaar iemand. “Het moet the next big thing zijn, iemand die succes heeft. Zoals in Duitsland met Michael Schumacher, of Nederland nu met Max Verstappen.” “Als Max net als Christijan Albers achteraan zou rijden, zou er geen hype zijn, maar Max wint en is een personality. Je moet de juiste persoon op de juiste plek hebben”, weet Steiner, die dat zelf voor Haas is en was. Hij ziet ondanks het lastige 2019 een goede toekomst voor het team. “Een lange en mooie toekomst, hoop ik. Absoluut.”