Adam Cooper
17 december 2015
Red Bull-teambaas Christian Horner heeft er geen spijt van dat hij gedurende 2015 openlijk kritisch is geweest over motorleverancier Renault. “Het was om een boodschap door te krijgen.”
Dat vertelt Horner in interview met Formule 1-verslaggever Adam Cooper. “Het bestuur van Renault staat redelijk ver van de Formule 1-activiteiten af. Het is niet zoals bij Mercedes of Ferrari, waar bestuursvoorzitter Dieter Zetsche en president Sergio Marchionne jaarlijks naar een aantal Grands Prix komen. Dat we zo openlijk spraken over wat er mis ging bij Renault, was daarom deels om onze boodschap over te brengen aan het bestuur.”
“Het is natuurlijk nooit goed om je vuile was buiten te hangen, maar onze kritiek kwam grotendeels voort uit frustratie”, vervolgt Horner, die niet denkt dat de kritiek de relatie met Renault negatief beïnvloedde. “Het is nu natuurlijk een makkelijk excuus om naar te wijzen als reden voor waarom het geen goed jaar was voor Red Bull en Renault, maar je mag niet vergeten dat de Formule 1 een competitief wereldje is.”
“Het gaat in deze sport om resultaten, en het enige wat ik daarbij heb gedaan, is de waarheid vertellen. Er werden vragen gesteld en daar hebben ik en andere Red Bull-kopstukken als Adrian Newey, Helmut Marko en Dietrich Mateschitz antwoord op gegeven. Als je echter inhoudelijk naar die antwoorden kijkt, zul je zien dat er wellicht frustratie in doorklonk, maar de kritiek op zich niet onterecht, onjuist of oneerlijk was.”
Eén van de zaken waar Horner zich aan stoorde, was dat Renault zijn team niet als volwaardige technische partner zag en niet open stond voor de assistentie die Red Bull aanbod. Ondanks alle frictie gaan Red Bull en Renault in 2016 met elkaar verder, maar niet in naam: de Renault-motoren worden omgedoopt tot TAG Heuers. Renault gaat wel actiever samenwerken met motorbouwer en consultant Ilmor, wat Horner vertrouwen geeft.