Zondagavond staat de Indy 500 weer op het programma, met Rinus ‘VeeKay’ van Kalmthout als derde aan de start – en voor Nederlandse volgers natuurlijk met Robert ‘Bobby D’ Doornbos in het commentaarhokje bij Ziggo Sport. Doornbos over de sterke kwalificatie en kansen van Van Kalmthout, wat je moet doen om uit te blinken op de Brickyard en barbecueën op het binnenterrein.
Podcast: Alexander Rossi over de Indy 500, zijn zege en wat ’the big race’ uniek maakt
Robert, Rinus begint de Indy 500 als derde, hoe goed was die kwalificatie?
Doornbos: “Echt heel knap. Je hebt nu aan de buitenkant van rij één Rinus en aan de binnenkant van rij twee, als vierde, zijn teamgenoot en teambaas Ed Carpenter. Die kan je Googelen, en dat is echt een oval-specialist. Als er één race is waarin Ed Carpenter Racing (ECR) moet pieken, is dat de 500. Carpenter is daar ook al drie keer van pole vertrokken. Het zijn echte oval-specialisten bij ECR. Op road courses en stratencircuits zie je dat Rinus – die op Indianapolis’ road course heeft gewonnen – het verschil maakt als rijder. Op een oval ben je toch meer afhankelijk van het materiaal, dat neemt haast Formule 1-achtige proporties aan.”
Lees ook: Indy 500: Volop show en spektakel, maar Van Kalmthout denkt vooral aan winnen
In welke zin?
“Niet om Rinus’ kwalificatie te kort te doen, zeker niet, maar op een oval is het meer 80-20 wat de snelheid van je auto en impact als coureur betreft. Want het zijn allemaal mannen die wel vier rondjes vol gas durven te gaan. Het gaat héél erg om hoe je de auto afstelt, qua mix van downforce en efficiëntie op het rechte stuk. En je moet zuinig zijn op je auto, want die wordt puur gebouwd voor de 500. Dat gaat in de details: lagertjes die één procent lichter zijn en sponsorstickers die op de auto worden gespoten in plaats van geplakt. Je hebt natuurlijk een reservechassis, maar dat is nooit zo goed als je eerste auto. Bij ECR hebben ze een hele goede bolide en Rinus heeft het daar helemaal mee waargemaakt.”
(tekst loopt door onder de foto)
Is Rinus kanshebber voor de zege?
“Ja, maar onderschat het niet: op Indy is iemand als Juan Pablo Montoya, die 24e start, dat ook. In mijn tijd won Dan Wheldon hem nadat hij als zestiende begon. Niks ten nadele van Rinus of Scott Dixon want het ís lekkerder om van de eerste dan de laatste rij te beginnen, maar er gebeurt zoveel in die vijfhonderd mijl. Je kan het bijna samenvatten als: zorg dat je die eerste anderhalf tot twee uur goed doorkomt en dán een goede auto hebt voor dat laatste halfuurtje sprinten.”
(tekst loopt door onder de podcast)
Luister hier naar onze podcast met Indy 500-winnaar Alexander Rossi!
Je noemt de polesitter al, Dixon, dat is er eentje hè?
“De Lewis Hamilton van de andere kant van de plas. Hij is zesvoudig kampioen, verpulvert record na record. En het ziet er niet naar uit dat ie er al klaar mee is. Hij is een legende bij het team van Chip Ganassi. ‘Chip likes winners‘, is het motto, dus het zegt alles dat Dixon daar al zo lang zit. Hij reed er al toen ik in 2009 tegen hem racete en neemt het nu tegen een nieuwe generatie op. Hij is one of the best, als ie al niet de beste is.”
Lees ook: Kippenvel en veel vertrouwen bij Van Kalmthout na kwalificatie op P3 voor Indy 500
Vorig jaar waren er vanwege corona geen fans bij de Indy 500, was er weinig poespas. Rinus gaat dat nu wél meemaken. Hoe is dat?
“Ik vond dat zó indrukwekkend. Je bent namelijk dagenlang op dat circuit bezig met testen. Maar: dat is allemaal zonder of met weinig publiek. En dan stap je op race day in en heb je zoveel show eromheen. Het kan je afleiden of je kan de lol ervan inzien – dat laatste is de bedoeling, dat je erin meegaat, maar in game mode zit als je de eerste keer met 380 kilometer per uur de eerste bocht induikt. En nadat je daar wekenlang tegen lege tribunes hebt aangekeken, zit het ineens bomvol fans en oogt het stukken kleiner. Het voelt plotseling alsof je op topsnelheid die auto door een brievenbus moet sturen, terwijl die bocht al die oefenrondjes nog zo groot leek..”
Wat vond jij het mooiste van alles om de race heen?
“Dat ze het hele team erbij betrekken. En van alles wordt een wedstrijd gemaakt. Zo kreeg ik een dikke cheque voor de mooiste klapper, haha! Maar er is voor het team ook een pitstopwedstrijd waar je een mooie bonus kan opstrijken. Verder ademt de hele vibe op Gasoline Alley (het pitcomplex, red.) dat historische autosportverleden. De hele maand mei is speciaal. Dat zit ‘m ook in dingen dat je ’s avonds staat te barbecueën met het team, gasten of collega-coureurs. Wat dat betreft is het heel anders dan Formule 1. Dat was voor mij wel een eye-opener.”
(tekst loopt door onder de foto)
Jij hebt Macau gedaan in de Formule 3, Monaco en Monza in de Formule 3000 en als Formule 1-testrijder, en ‘de 500’. Hoe verhouden die races zich tot elkaar?
“Monaco was voor mij heel bijzonder: ik ben daar opgegroeid, heb er 22 jaar gewoond. Toen ik daar Formule 3000 reed, zag ik mijn ouders in de opwarmronde bij Casino op het balkon staan. Dat is een stukje emotie dat je met niks kan vergelijken. Als coureur is de sensatie van een stratencircuit ook uniek, maar Indy is mentaal weer heel zwaar omdat het zo’n enorme afstand is en je al die pitstops en neutralisaties hebt. Monaco en Indy staan voor mij allebei met stip op één.”
Je zit zondag in het commentaarhokje. Wat wil je de kijkers meegeven?
“Wat ik ieder jaar doe: een spoedcursus oval-racen geven. Ik vind het leuk om met René Hoogterp te werken. Hij is een hele goede commentator en kent Indycar door-en-door, maar heeft natuurlijk geen Indycar geracet. Dat is dus een ideale combo. Al is het belangrijk dat we het begrijpelijk houden voor de mensen thuis. Ikzelf zit trouwens de volle drie uur op het puntje van mijn stoel!”
De Indy 500 is zondag vanaf 17:30 uur Nederlandse tijd inclusief studioprogramma te zien bij Ziggo Sport op kanaal 14 en select. Op Ziggo Sport Racing kun je vanaf 17:00 uur warmdraaien.