Het team van Lotus is niet echt vlot uit de startblokken gekomen in Japan, maar Kimi Räikkönen en Romain Grosjean verwachten de komende dagen nog wel wat goed te kunnen maken.

Räikkönen eindigde beide trainingen buiten de toptien – als dertiende en veertiende – en Grosjean wist zich nadat hij de veertiende tijd reed in VT1 in VT2 op te werken naar de zesde stek.

Dat Räikkönen er niet in slaagde een dergelijke stap te zetten, komt omdat hij met een KERS-defect kampte in de tweede training. “We konden daardoor niet veel rijden”, vertelt de coureur die in de Japanse middag op twaalf rondjes bleef staan.

“Het was niet ideaal met betrekking tot het vinden van een goede set-up voor morgen, maar het is beter dat we op vrijdag met zoiets te maken krijgen dan op zaterdag of zondag, en het euvel is nu in ieder geval gelijk verholpen”, zo probeert de Fin positief te blijven.

“Voor het vinden van een goede afstelling, wat heel belangrijk is op Suzuka, hebben we morgen bovendien ook nog een uur de tijd tijdens VT3”, vervolgt Räikkönen, die ondanks de tegenslag van vandaag verwacht competitief te kunnen zijn in Japan: “Ik denk dat we het potentieel hebben om hier competitiever te zijn dan we in de laatste paar races waren.”

Ook Grosjean denkt waarschijnlijk nog een stap te kunnen zetten: “Hoewel we nu nog niet helemaal op het niveau zitten dat we nastreven, hebben we gedurende de dag wel progressie kunnen maken en ik hoop dat we dat morgen weer kunnen doen.”

“Het is namelijk lastig om te zeggen of de zesde plaats indicatief is voor onze vorm alhier, want er zitten zeker nog een paar extra tienden in de auto. Laten we dus maar afwachten wat er morgen gebeurt.”

Lotus zal in Japan trouwens toch niet met de dubbele DRS aantreden waar het al sinds voor de zomerstop aan werkt. Het team was van zins het op Suzuka tijdens de kwalificatie en race te gebruiken, maar heeft het volgens technisch directeur James Allison niet goed genoeg kunnen testen om het ‘effectief’ te gebruiken.