Om deze website gratis en ons blad betaalbaar te houden, verblijven uw verslaggevers tijdens de Grand Prix van Monaco niet in Monaco zelf, maar in het nabijgelegen Nice. Nice is een tamelijk chique stad, maar er zijn ook wijken waar alles wat minder opgepoetst is. Waar de drugsdealers op elke straathoek staan en het wemelt van de schimmige handeltjes. Inderdaad, in precies zo’n wijk verblijft de redactie van [schuin}FORMULE 1 RaceReport{schuin].Er zijn plaatsen genoeg te vinden waar je tussen de prachtige oude gebouwen een hapje kunt eten, maar soms heb je geen zin om helemaal de stad te doorkruisen en dus belandde uw verslaggeversduo deze week op het terras van een enigzins beduimeld café op de hoek van de straat waar ook ons hotel gevestigd is. Veel terrassen zijn er niet in deze buurt, simpelweg omdat daar in de nauwe straten geen ruimte voor is. Het etablissement dat wij hadden uitgekozen had daar een oplossing voor gevonden door een houten schavot aan de gevel te bevestigen, waar precies een rij tafeltjes op paste. De ruimte voor deze ingenieuze constructie was vrijgekomen doordat de stoep en de helft van de straat waren opgebroken. Volgens sommige collega’s verkeert dit deel van Nice al drie jaar in permanente staat van verbouwing, zonder dat dit overigens tot merkbare verbeteringen in de infrastructuur leidt.

De clientele was al bijna net zo groezelig als het café zelf, en hoewel er wijn geschonken werd (volgens een bord aan de muur verkrijgbaar in de smaken rood en wit) hielden wij het bij bier, dat in glazen van een halve liter werd geserveerd door een niet onaantrekkelijke, maar nogal nors kijkende serveerster. Niet dat het ons wat uitmaakte: na een dag werken in het drukkend warme Monaco hadden wij het ons met een koud biertje zelfs in een parkeergarage gemakkelijk kunnen maken.

Dat er even later twee dames aan het tafeltje naast ons kwamen zitten was al een hele verbetering ten opzichte van het overige publiek. Al moet wel gezegd dat de twee er wat ordinair bijliepen, maar ach, wat maakte het uit. Dat dachten ook twee mannen die eerst nog aan de bar zaten, maar prompt bij de dames aanschoven en daarvoor heel vriendelijk vroegen of ze de twee vrije stoelen aan ons tafeltje mochten meenemen. Vast bekenden, dacht ik nog.

Het terras was zoals gezegd nogal krap bemeten en daarom ving ik al snel flarden van het gesprek op. Na wat koetjes en kalfjes werden nu vooral bedragen genoemd. En het waren geen beurskoersen. Kennelijk kon er geen overeenstemming bereikt worden, want even later zochten de twee mannen hun plekje aan de bar weer op. Ook de dames gingen er vandoor, maar niet voordat ze eerst even aan het tafeltje ernaast gepolst hadden. En het moet gezegd: Nice is een stuk minder duur dan Monaco.