Sergio Pérez kende een dramatische Grand Prix van Japan. De Mexicaan kwam meerdere keren in aanraking met andere coureurs, kreeg straffen en moest, zelfs na een kleine terugkeer op de baan, zijn auto uiteindelijk in de pitbox parkeren. Pérez zorgde er zo voor dat er voor het eerst dit seizoen een Red Bull-auto uitviel.
“Het is een dramatisch weekend om snel te vergeten. Ik had in de race een rampzalige start en werd klemgereden, waardoor ik uiteindelijk schade opliep. Dit maakte de dag enorm moeilijk”, vatte Pérez het na afloop samen.
Hij begon de Grand Prix vanaf de vijfde plek, maar kwam al voor de eerste bocht in aanraking met Lewis Hamilton. Pérez beschadigde hiermee zijn voorvleugel en dook de pits in. Hij begon daarnaa aan een inhaalrace, maar stuitte in ronde twaalf op Kevin Magnussen. De Mexicaan ging daarbij de mist in: hij dook in een gat dat er niet was, tikte de Haas-coureur in de rondte en liep zelf schade op en een tijdstraf van vijf seconden.
Het team riep hem uiteindelijk naar binnen, voor het eerst viel daarmee dit seizoen een Red Bull de finish niet. Opmerkelijk genoeg werd Pérez in rondje 40 weer naar buiten gestuurd door het team. De Mexicaan had nog niet de kans gehad om zijn vijf seconden straf uit te zitten tijdens een pitstop. Dus om een penalty te voorkomen in de volgende race, loste het team die straf alsnog in. Vervolgens kon de Mexicaan definitief de auto in de pits parkeren en was het einde verhaal.
Pérez zorgde met zijn carpriolen voor een smet op de feestvreugde bij Red Bull voor het behalen van de constructeurstitel. Christian Horner beet na afloop op zijn tong. “Het was niet de dag van Checo. Maar goed, hij heeft op andere momenten wel zijn bijdrage geleverd aan deze constructeurstitel.”