De FIA heeft een volgende stap gezet in haar streven coureurs meer zelf te laten doen en minder hulpmiddelen te laten gebruiken. De coureurs hebben de start voortaan namelijk nog meer in eigen hand.
De FIA heeft het starten de laatste jaren al moeilijker gemaakt met restricties op communicatie tussen coureurs en hun engineers over het vinden van het aangrijppunt van de koppeling en het terugbrengen van het aantal koppelingshendeltjes op het stuur van twee naar één, maar gaat nu nog een stap verder.
Motorsport.com weet namelijk te melden dat er nieuwe restricties zijn ingevoerd. De belangrijkste daarvan betreft de werking van de koppeling en manier waarop coureurs die nu dienen te gebruiken.
Ondanks de eerder genoemde maatregelen, die medio 2015 werden ingevoerd, hadden de coureurs namelijk nog altijd veel ‘marge’ wat betreft het vinden van het aangrijppunt met de koppelingshendel op het stuur. Engineers konden dit eerst namelijk nog zo afstellen dat de handkoppeling een dusdanig groot bereik had dat de foutmarge zeer klein was.
“Zolang je de koppeling maar ergens tussen de tien en tachtig procent losliet, zorgde het vooraf ingestelde systeem ervoor dat ‘ie het bijtpunt toch wel oppakte”, legt Haas-coureur Kevin Magnussen uit aan
Motorsport.com. “De engineers speelden dus toch nog een hele grote rol.”
Een nieuwe restrictie van de FIA, die stelt dat het ‘pedaal’ direct in lijn moet staan en corresponderen met de koppeling zelf, zorgt er nu echter voor dat deze truc niet meer kan worden toegepast. “We moeten het nu dus volledig zelf met de hand doen”, vertelt Magnussen.
“De starts worden een stuk moeilijker”, voorspelt de Haas-rijder. “Vorig jaar waren ze makkelijk. Nu niet meer. Het is nu echt aan ons als coureurs om aan te voelen waar het aangrijppunt zit. Ik denk dat we veel meer verschil gaan zien bij de starts. Er zullen jongens zijn die met geweldige starts veel plekken winnen, maar ook coureurs die enorm terrein gaan verliezen.”
Magnussen: “We moeten het starten nu volledig zelf met de hand doen.”
De FIA heeft verder nog bepaald dat er aan de achterkant van het stuurwiel bepaalde zones zijn waar teams lege ruimte moeten laten. Dit om te voorkomen dat ze met foefjes of hulpmiddelen komen die coureurs toch kunnen helpen te ‘voelen’ waar het bijtpunt zit. Een verdere restrictie betreft de bewegingsruimte van het koppelingshendeltje zelf. Hier is een maximum voor bepaald om te voorkomen dat teams het pedaal ‘lang’ maken, wat het in theorie makkelijker maakt het
bite point te vinden.
