De FIA reageerde ‘een beetje overdreven’ op het probleem van porpoising na de Grand Prix van Azerbeidzjan, stelt Chief Technical Officer van de Formule 1, Pat Symonds.
De FIA besloot na de race in Bakoe, waar meerdere coureurs hun beklag deden over het hevige gestuiter van de bolides op de rechte stukken, in te grijpen. Het bestuursorgaan zou in eerste instantie al voor de Grand Prix van Frankrijk met nieuwe technische richtlijnen komen in de hoop het porpoising te verminderen.
Dat werd uiteindelijk pas in België geïntroduceerd, waardoor teams vanaf dat moment binnen een vastgestelde limiet van ‘verticale bewegingen’ moesten blijven. Als een team daar niet aan voldeed, moest de rijhoogte van de bolide omhoog, wat nadelig is voor de prestaties van de bolide.
Lees ook: FIA legt nieuwe technische regels voor om porpoising in 2023 te verminderen
De FIA heeft voor 2023 enkele regels aangepast om het porpoising te verminderen, waaronder het verhogen van de vloerrand met enkele millimeters. Al deze ingrepen gaan volgens Chief Technical Officer Pat Symonds te ver. “Ik denk dat ze een beetje overdreven hebben na Bakoe”, zegt Symonds in gesprek met Auto, Motor und Sport, doelend op de FIA. “
Symonds lijkt bovendien één team in het bijzonder aan te wijzen: Mercedes. In Bakoe maakten Lewis Hamilton en George Russell duidelijk dat er ingegrepen moest worden omdat het porpoising op langere termijn fysieke gevolgen kan hebben voor de coureurs. “In Bakoe zagen we de ergste effecten omdat een team iets probeerde dat niet werkte en vervolgens luidkeels naar buiten trad”, lijkt Symonds te hinten naar Mercedes.
Lees ook: Wolff haalt uit naar ‘zielige’ en ‘onoprechte’ rivalen over technische richtlijn
De ingreep was volgens Symonds niet eens nodig. “Als ze niet hadden ingegrepen, waren de problemen opgelost. De meeste teams begrijpen nu hoe ze het stuiteren onder controle houden”, aldus de Brit.