Sutton Images
Daan de Geus
18 januari 2016
Formule 1 gaat deze winter twintig jaar terug in de tijd en blikt terug op 1996. Vandaag een terugblik op race zes, de knotsgekke Grand Prix van Monaco.
De race
En toen waren er nog vier… De regenachtige Grand Prix van Monaco is een ware afvalrace, waarbij de eerste vijf slachtoffers gelijk in de eerste ronde vallen. De Minardi’s schakelen elkaar uit bij de start, terwijl Jos Verstappen eruit ligt na een duwtje van Mika Häkkinen. Rubens Barrichello wordt ook geëlimineerd en polesitter Michael Schumacher schakelt zichzelf – zeer onkarakteristiek – uit door in Mirabeau te veel kerb pakken, waardoor hij naar buiten schuift en de linker voorwielophanging van zijn Ferrari breekt. “Ik ben boos op mezelf en het spijt me voor het team”, moppert de Duitser. Zowel voor- als achteraan blijven de coureurs daarna wegvallen. Hill rijdt lang op kop, maar halverwege de race gaat zijn motor stuk. Jean Alesi erft de leiding en lijkt Benettons eerste overwinning van het jaar te halen. Achter Alesi is het zijn landgenoot Olivier Panis in diens Ligier, waarmee hij in de eerste vijf races slechts één punt heeft gehaald, op P2. Het is een bijzondere race voor Panis, die slechts als veertiende is begonnen maar zeker niet alleen door de uitvallers naar voren komt. Onderweg naar voren verschalkt Panis eerst op opportunistische wijze Martin Brundle en Häkkinen. Een vroege overstap naar slicks – in ronde 27, terwijl de rest later volgt – brengt Panis op de vierde plek, waarna hij met een do-or-die in Loews Eddie Irvine afbluft. Het uitvallen van Hill brengt Panis – ondanks dat hij zelfs nog even spint over de olie uit Hills ontplofte motor – dus de tweede plek. In ronde 61 wordt het dan een nog specialere race voor de Fransman: Alesi moet opgeven met een kapotte wielophanging, Panis ligt eerste! Gezien het knotsgekke verloop van de race, begint het uiteraard weer te druppelen. David Coulthard komt snel dichterbij. Hij is op jacht naar de eerste McLaren-zege sinds 1993, maar Panis houdt stand tot na 75 ronden racen de maximale tijdsduur van twee uur erop zit. “Ik zal dit nooit vergeten”, jubelt Panis. “Ik had niet op een zege gerekend, maar een puur gelukkige overwinning is het niet. Ik heb niet gewonnen omdat er zoveel mensen zijn uitgevallen, maar omdat ik de hele race heb aangevallen.” Het aantal uitvallers is hoe dan ook groot. Slechts vier van de 22 van start gegane coureurs halen de eindstreep. Achter Panis en Coulthard – die met een helm van Schumacher rijdt omdat zijn eigen helm maar blijft beslaan – is de derde plaats voor Saubers Johnny Herbert. Zijn teamgenoot Heinz-Harald Frentzen is vierde, maar baalt als een stekker. Hij had eigenlijk voor Herbert moeten finishen, of zelfs moeten winnen, zo weet de Duitser. Voor hem gaat het echter al vroeg mis bij een poging Irvine in te halen. Frentzen moet naar de pits voor een nieuwe voorvleugel en is daarna gezien voor de zege. Volgens Frentzen deed Irvine de deur dicht, maar de Noord-Ier is zich van geen kwaad bewust. Frentzen is hoe dan ook niet het enige ‘slachtoffer’ van Irvine. Vijf ronden voor de vlag valt, spint Irvine, waarna de Mika’s Salo en Häkkinen hem niet kunnen ontwijken. Op de plekken vijf tot en met zeven zijn zij echter de laatste coureurs die op dat moment nog rondrijden, waardoor Salo en Häkkinen vijf ronden later toch nog geklasseerd worden en punten krijgen. Wat speelt er verder?
De geruchten dat Renault na 1997 wil stoppen, nemen steeds serieuzere vormen aan. Daarbij spelen twee belangrijke redenen: de Fransen hebben voor hun gevoel zo ongeveer alles gewonnen wat er te winnen valt in de Formule 1, waardoor winnen zo ‘normaal’ is geworden dat er juist enorm veel negatieve media-aandacht is als er eens een Renault-motor stuk gaat. De verwachting is dat Renault rond de Franse Grand Prix, race negen, meer bekend zal maken over de toekomst. Williams en Benetton, de teams die met Renault-motoren rijden, weigeren zich over de situatie uit te spreken. Benetton-teambaas Flavio Briatore zou achter de schermen echter proberen Honda te overtuigen terug te keren, maar ook met Jordans-motorpartner Peugeot spreken. Peugeot zou echter ook met Ligier in gesprek zijn, om te kijken of er een volledig Frans team opgezet kan worden. Een andere gesprekspartner daarbij is, verrassend genoeg, uitgerekend Renault! Het doorgaan van de Grand Prix van Portugal, de voorlaatste race van het jaar, staat op de tocht. Dit omdat de door de FIA heeft geëist dat er verbeteringen aan het circuit van Estoril gemaakt worden, maar dit nog niet is gebeurd. Mocht er niet op Estoril geracet kunnen worden, dan geldt het Spaanse Jerez als alternatief. En Verstappen?
De Grand Prix van Monaco van 1996 is voor Jos Verstappen een typische ‘wat als’ race. De Nederlander staat voor de latere winnaar Olivier Panis op de grid en start ook nog eens als enige op slicks. Helaas krijgt hij niet de kans om te bewijzen dat hij hier – zoals hij denkt – juist aan heeft gedaan, omdat hij na een duwtje van Mika Häkkinen bij Sainte Devote in de banden komt te staan. “Ik had een super start en deed juist voorzichtig in de eerste bocht. Toch was het ineens voorbij toen Häkkinen me een duw gaf. Pure pech.” Bij Arrows is het ondertussen onrustig, vertelt Verstappen. “En dat bevordert de prestaties niet.” Ondanks de overname door Tom Walkinshaws TWR, wordt de FA17-bolide niet genoeg verbeterd. “Andere teams gaan wel vooruit, maar onze auto is nu niet beter dan drie races geleden. We testen niet genoeg, terwijl er toch geen gebrek aan geld is”, constateert Verstappen, die aan de alarmbel trekt: “Er moet iets gaan gebeurem, want op deze manier verder gaan heeft geen zin.”
En toen waren er nog vier… De regenachtige Grand Prix van Monaco is een ware afvalrace, waarbij de eerste vijf slachtoffers gelijk in de eerste ronde vallen. De Minardi’s schakelen elkaar uit bij de start, terwijl Jos Verstappen eruit ligt na een duwtje van Mika Häkkinen. Rubens Barrichello wordt ook geëlimineerd en polesitter Michael Schumacher schakelt zichzelf – zeer onkarakteristiek – uit door in Mirabeau te veel kerb pakken, waardoor hij naar buiten schuift en de linker voorwielophanging van zijn Ferrari breekt. “Ik ben boos op mezelf en het spijt me voor het team”, moppert de Duitser. Zowel voor- als achteraan blijven de coureurs daarna wegvallen. Hill rijdt lang op kop, maar halverwege de race gaat zijn motor stuk. Jean Alesi erft de leiding en lijkt Benettons eerste overwinning van het jaar te halen. Achter Alesi is het zijn landgenoot Olivier Panis in diens Ligier, waarmee hij in de eerste vijf races slechts één punt heeft gehaald, op P2. Het is een bijzondere race voor Panis, die slechts als veertiende is begonnen maar zeker niet alleen door de uitvallers naar voren komt. Onderweg naar voren verschalkt Panis eerst op opportunistische wijze Martin Brundle en Häkkinen. Een vroege overstap naar slicks – in ronde 27, terwijl de rest later volgt – brengt Panis op de vierde plek, waarna hij met een do-or-die in Loews Eddie Irvine afbluft. Het uitvallen van Hill brengt Panis – ondanks dat hij zelfs nog even spint over de olie uit Hills ontplofte motor – dus de tweede plek. In ronde 61 wordt het dan een nog specialere race voor de Fransman: Alesi moet opgeven met een kapotte wielophanging, Panis ligt eerste! Gezien het knotsgekke verloop van de race, begint het uiteraard weer te druppelen. David Coulthard komt snel dichterbij. Hij is op jacht naar de eerste McLaren-zege sinds 1993, maar Panis houdt stand tot na 75 ronden racen de maximale tijdsduur van twee uur erop zit. “Ik zal dit nooit vergeten”, jubelt Panis. “Ik had niet op een zege gerekend, maar een puur gelukkige overwinning is het niet. Ik heb niet gewonnen omdat er zoveel mensen zijn uitgevallen, maar omdat ik de hele race heb aangevallen.” Het aantal uitvallers is hoe dan ook groot. Slechts vier van de 22 van start gegane coureurs halen de eindstreep. Achter Panis en Coulthard – die met een helm van Schumacher rijdt omdat zijn eigen helm maar blijft beslaan – is de derde plaats voor Saubers Johnny Herbert. Zijn teamgenoot Heinz-Harald Frentzen is vierde, maar baalt als een stekker. Hij had eigenlijk voor Herbert moeten finishen, of zelfs moeten winnen, zo weet de Duitser. Voor hem gaat het echter al vroeg mis bij een poging Irvine in te halen. Frentzen moet naar de pits voor een nieuwe voorvleugel en is daarna gezien voor de zege. Volgens Frentzen deed Irvine de deur dicht, maar de Noord-Ier is zich van geen kwaad bewust. Frentzen is hoe dan ook niet het enige ‘slachtoffer’ van Irvine. Vijf ronden voor de vlag valt, spint Irvine, waarna de Mika’s Salo en Häkkinen hem niet kunnen ontwijken. Op de plekken vijf tot en met zeven zijn zij echter de laatste coureurs die op dat moment nog rondrijden, waardoor Salo en Häkkinen vijf ronden later toch nog geklasseerd worden en punten krijgen. Wat speelt er verder?
De geruchten dat Renault na 1997 wil stoppen, nemen steeds serieuzere vormen aan. Daarbij spelen twee belangrijke redenen: de Fransen hebben voor hun gevoel zo ongeveer alles gewonnen wat er te winnen valt in de Formule 1, waardoor winnen zo ‘normaal’ is geworden dat er juist enorm veel negatieve media-aandacht is als er eens een Renault-motor stuk gaat. De verwachting is dat Renault rond de Franse Grand Prix, race negen, meer bekend zal maken over de toekomst. Williams en Benetton, de teams die met Renault-motoren rijden, weigeren zich over de situatie uit te spreken. Benetton-teambaas Flavio Briatore zou achter de schermen echter proberen Honda te overtuigen terug te keren, maar ook met Jordans-motorpartner Peugeot spreken. Peugeot zou echter ook met Ligier in gesprek zijn, om te kijken of er een volledig Frans team opgezet kan worden. Een andere gesprekspartner daarbij is, verrassend genoeg, uitgerekend Renault! Het doorgaan van de Grand Prix van Portugal, de voorlaatste race van het jaar, staat op de tocht. Dit omdat de door de FIA heeft geëist dat er verbeteringen aan het circuit van Estoril gemaakt worden, maar dit nog niet is gebeurd. Mocht er niet op Estoril geracet kunnen worden, dan geldt het Spaanse Jerez als alternatief. En Verstappen?
De Grand Prix van Monaco van 1996 is voor Jos Verstappen een typische ‘wat als’ race. De Nederlander staat voor de latere winnaar Olivier Panis op de grid en start ook nog eens als enige op slicks. Helaas krijgt hij niet de kans om te bewijzen dat hij hier – zoals hij denkt – juist aan heeft gedaan, omdat hij na een duwtje van Mika Häkkinen bij Sainte Devote in de banden komt te staan. “Ik had een super start en deed juist voorzichtig in de eerste bocht. Toch was het ineens voorbij toen Häkkinen me een duw gaf. Pure pech.” Bij Arrows is het ondertussen onrustig, vertelt Verstappen. “En dat bevordert de prestaties niet.” Ondanks de overname door Tom Walkinshaws TWR, wordt de FA17-bolide niet genoeg verbeterd. “Andere teams gaan wel vooruit, maar onze auto is nu niet beter dan drie races geleden. We testen niet genoeg, terwijl er toch geen gebrek aan geld is”, constateert Verstappen, die aan de alarmbel trekt: “Er moet iets gaan gebeurem, want op deze manier verder gaan heeft geen zin.”
Gerelateerd nieuws
Terugblik Bahrein-test: Red Bull en Ferrari imponeren, zit er zand in de Mercedes-machine?
13 maart 2022 11:40 - Nieuws
Terugblik op 2020 met Rob Kamphues: ‘Als Hamilton en Verstappen in die Racing Point zaten, wonnen ze misschien wel vijf races’
03 januari 2021 16:00 - Nieuws
Terugblik 2010: Vettel verrassend naar de titel in finale, rekenfout Ferrari nekt Alonso
02 mei 2020 16:40 - Nieuws